Anatomie

Hoewel de axolotl ingedeeld staat bij de orde van de Caudata (salamanders) verschilt de bouw van het lichaam met die van de salamander. De hoofdreden hiervoor is dat de axolotl altijd het uitzicht van zijn larvaal stadium behoudt.

De axolotl ademt hoofdzakelijk met behulp van drie paar uitwendige kieuwen die net achter het hoofd zitten. Via de rudimentaire longen kan ook geademd worden. Hiervoor moet de axolotl naar de oppervlakte komen om lucht te happen. In mindere mate kan er eventueel door de huid geademd worden.

Het lichaam van een axolotl is hoofdzakelijk opgebouwd uit het skelet. Delen zoals de polsen, enkels en de steunweefseles van de uitwendige kieuwen bestaan uit kraakbeen. Het aantal wervels dat de axolotl bezit varieert. Gemiddeld zit het cijfer rond de 50 waarvan er 30 tot 35 in de staart zitten.

De axolotl heeft twee paar ledematen, er bevinden zich vier vingers op de voorpoten en vijf aan de achterpoten. De vier ledematen worden gecontroleerd door krachtige spieren van gespecialiseerde spiergroepen.

De axolotl is een vleeseter en heeft een typische interne anatomie van een carnivoor. De tanden zijn gesteeld, dit wil zeggen dat er kleine stompe, kegelvormige tanden in de mond zitten zowel in de boven- als de onderkaak. Deze gebruikt de axolotl om het voedsel te grijpen en te manoeuvreren in de juiste positie om het in zijn geheel door te slikken. De mond is hiervoor groot en breed genoeg voor. De organen zijn ook aangepast aan het vlees dieet.

Het hart van een axolotl is een drie-kamerig amfibieën hart.
Overig bezit de axolotl een cloaca, hieraan kan men het verschil zien tussen het mannetje en het vrouwtje. Bij het mannetje is de cloaca opgezwollen als het dier geslachtsrijp is.